Op 21 oktober jl. liet ik weten dat het aannemelijk – en het uitzoeken waard – was dat de Blauwtonguitbraak die sinds september de Nederlandse schapen- en rundveehouderij teistert, naar Nederland is gereisd via het huisafval uit Italië. 900 ton Italiaans huisvuil – waarvan meer dan de helft bestaat uit GFT, papier en karton, dat wekelijks per trein naar Amsterdam wordt vervoerd, kan de ideale voedingsbodem zijn voor Blauwtong-knutten.
Voor ik mijn vermoedens over de insleep van Blauwtong kenbaar maakte, verrichte ik met een paar collega’s binnen DDB en FDF onderzoek, daarna diende ik een motie in via BVNL (om onderzoek te starten naar de herkomst van de blauwtong die in Nederland heerst) die werd aangenomen en tenslotte stelde ik Kamervragen op en diende die in via BVNL.
Twee dagen na de uitzending van het interview op Café Weltschmertz van ondergetekende en mw. Willy Verweij – ook van de lijst van BVNL, werden er twee artikelen gepubliceerd door WUR en Nieuwe Oogst genaamd ‘Exacte ontstaan Nederlandse blauwtonguitbraak blijft onzeker’ en ‘Blauwtong komt niet met de trein uit Italië’. In beide artikelen werden de onderzoekers van WUR geciteerd en hun recente onderzoek aangehaald, waarbij mijn hypothese getracht werd te ontkrachten.
Die conclusie vonden we erg kort door de bocht! We hebben in ons netwerk, maatschappelijk betrokken deskundigen met relevante expertise bereid gevonden een wetenschappelijk verantwoord oriënterend onderzoek in korte tijd uit te voeren.
(Deze deskundigen verkiezen in dit stadium van het politieke proces volledig anoniem te blijven).
Op de Kamervragen over het Blauwtongvirus (dat inmiddels officieel is omgedoopt is BTV-3/NET2023), ontving ik vorige week antwoorden van demissionair Minister Adema van LNV. De ontvangen antwoorden zijn weliswaar begripvol van toon maar de algemene indruk is toch één van een ontwijkende houding om tot de kern van de problematiek door te dringen alsmede om verantwoordelijkheid te nemen daar waar die naar ons oordeel genomen zou moeten worden. Deze ervaring vormt de directe aanleiding van het onderhavige onafhankelijke onderzoek. Lees hier.
In het voorwoord van het oriënterend rapport staat:
“Omdat het hier om een complexe problematiek gaat en specifieke kennis en vaardigheden op wetenschappelijk niveau benodigd zijn om die te doorgronden, is een viertal deskundigen met relevante expertises bereid gevonden om een bijdrage te leveren aan de inventarisatie en de bestudering van de huidige feiten en bestuurlijke standpunten. In bijgaande rapportage zijn de bevindingen van deze eerste oriëntatie beschreven.
Vooral het verrichte en gerapporteerde werk van WUR is geëvalueerd. Daaruit is een aantal
aanknopingspunten voortgekomen voor verder onderzoek naar, en inhoudelijk kritische vragen over,
de herkomst van BTV-3/NET2023. De belangrijkste aanknopingspunten zijn:
1) Het fylogenetisch onderzoek met oude BTV-genomen,
2) Het punt van uitbraak langs de treinroute van de afvaltrein uit Rome,
3) De identificatie van de virusvector, de Culicoides muggensoorten, en het ter discussie stellen en aanpakken van het leefgebied van Culicoides soorten en mogelijke intredingsroutes van niet-inheemse Culicoides soorten.
Aanvullend blijkt uit de context van de geschetste relevante ontwikkelingen dat de internationale agenda’s voor klimaatdoeleinden bepalend zijn voor het natuurbeleid van de natte natuur- en
teeltgebieden in Nederland die een gunstig milieu creëren voor een hoge dichtheid aan knutten.
Uit de uitgebreid beschreven bevindingen kan de conclusie worden getrokken dat er wel degelijk aanleiding is om ONAFHANKELIJK onderzoek te doen teneinde de diverse verantwoordelijke actoren
te stimuleren tot echte waarheidsvinding en gedegen oplossingen zonder grote nadelige bijwerkingen. Uit de verrichte oriëntatie ontstaat namelijk het beeld dat men niet echt geïnteresseerd is in het vinden van de echte oorzaken van de uitbraak en dat men bij de oplossingen met handen en voeten gebonden is aan allerlei internationale afspraken, preferente aanpakken en commerciële belangen.
Naar het oordeel van de bij deze eerste oriëntatie betrokkenen loont het echt om in samenwerking met instituten als WUR diepgaand en integraal onderzoek op te zetten en uit te voeren. Daarbij zou
vanuit de Tweede Kamer het onderzoek nauwlettend gemonitord moeten worden.
Het advies is om zo spoedig mogelijk te werken aan een inhoudelijk plan van aanpak inclusief een
passende organisatie met brede maatschappelijke en wetenschappelijke samenstelling.”
Het rapport van onze deskundigen komt tot opvallende conclusies. Conclusies die tot nieuwe Kamervragen hebben geleid. Waarvan we jullie ook zo spoedig mogelijk op de hoogte brengen!
Het FDF Bestuur,
Sieta van Keimpema
20 november 2023