Context
Inzet van het Landbouw Collectief is te komen tot een akkoord over de bijdrage van de landbouw aan de reductie van stikstof en de daaraan gestelde voorwaarden.
Uitgangspunt is het plan van het Landbouw Collectief ‘Uit de gecreëerde stikstofimpasse’ van 20 november jl. Daarin worden drie maatregelen voorgesteld bij melkvee (voer, beweiding, mest) die al in 2020 een besparing op kunnen leveren van (minimaal) 3 kton ammoniak, wat omgerekend overeenkomt met 15 mol N/hectare/jaar. Ter vergelijking, de voermaatregel van het Kabinet levert 3,6 mol/ha/jaar op en de snelheidsbeperking 1,2 mol/ha/jaar. Voor de bouw van 75.000 huizen is omgerekend tussen de 1 en 5 mol/ha/jaar nodig.
De besparing uit de drie genoemde maatregelen komt bovenop die uit de warme sanering en stoppersregeling in de varkenshouderij (3-5 kton ammoniak, ofwel 15-20 mol/ha/jaar) en de afname van het aantal dieren sinds de laatste officiële stikstofrapportage in 2017 (5 kton ammoniak, ofwel 20 mol/ha/jaar). Alles bij elkaar betekent dit een lagere uitstoot in de veehouderij in 2020 van 10-15%.
De door het LC voorgestelde maatregelen zijn breed gedragen en praktisch uitvoerbaar. De beste garantie, dat er daadwerkelijk stikstof wordt bespaard, en ook al op korte termijn. Daarmee wordt de BV Nederland vlot getrokken en tijd gecreëerd om te bepalen hoe verder.
In het eerste overleg tussen Kabinet en Landbouw Collectief van 16 december jl is een set van afspraken gemaakt en vastgelegd. Toen is ook afgesproken om eind januari (nu dus 5 februari) weer bijeen te komen om de nog openstaande punten te bespreken. Op weg daarheen zal één of meerdere keren ambtelijk overleg plaatsvinden met het Landbouw Collectief, zodat de bespreking op 5 februari zich kan richten op kernzaken en besluitvorming.
Een akkoord op 5 februari betekent (1) dat we meteen daarna om tafel kunnen om de voorgestelde stikstofreductiemaatregelen inhoudelijk af te ronden en in te regelen (van beide kanten al veel voorbereidend werk gedaan), en (2) een commitment van het Landbouw Collectief en de hele keten om de afgesproken reductie ook daadwerkelijk te realiseren.
Dit alles onder de nadrukkelijke voorwaarde, dat de (feiten)basis waarop de Overheid haar stikstofbeleid stoelt, klopt. De eerste uitkomsten uit de analyses van de RIVM data en modellen laten zien, dat hier ernstig aan getwijfeld moet worden. Hier zal eerst absolute duidelijkheid over moeten komen. De maatregelen zijn te ingrijpend om straks te moeten concluderen, dat ze aan het gestelde doel, de verbetering van de natuur in N2000 gebieden, niet (kunnen) bijdragen.In het navolgende stuk wordt per afspraak uit het vorige Catshuis Overleg aangegeven waar we staan en wat nodig is om tot een akkoord te komen.
Bespreekpunten Landbouw Collectief (LC) ingebracht in rood in onderstaand verslag
Verslag afspraken Kabinet – Landbouw Collectief 16 december 2019
Geen generieke krimp en gedwongen opkoop: We delen het standpunt dat geen generieke krimp zal plaatsvinden. Er zal geen gedwongen opkoop door het Rijk plaatsvinden.
Niet allen het Rijk maar ook de Provincies gaan bij opkoop uit van vrijwilligheid. Voor Provincies is onteigening een bestaand instrument. De provincies gaan gebiedsplannen maken. Van belang hierbij is, dat er geen willekeur ontstaat maar eenzelfde aanpak bij vergelijkbare omstandigheden. Het LC wil daar via de Provinciale Collectieven bij betrokken zijn, althans waar die bestaan. In ieder geval zijn de kaders van de gebiedsaanpak landelijk gelijk en afgestemd met het LC. Opkoop vereist een volledige schadeloosstelling en ruimte voor verplaatsing indien de boer daarvoor opteert. Aangekochte gronden dienen hun agrarische bestemming te houden.
Eén beleid: Alle provincies hebben de beleidsregels voor intern en extern salderen eenduidig vastgesteld en deze worden eenduidig toegepast.
Het Rijk blijft toezien op één beleid op alle vlakken, zodat er geen willekeur ontstaat. Zo stelt Brabant extra eisen aan reductie van ammoniakemissie en wijkt af van het landelijk beleid om innovaties in stalsystemen een kans te geven. Bovendien heeft ze de doelen vervroegd naar 2021. Betekent dat de veehouders daar ‘gedwongen’ worden geconfronteerd met de beleidsregels rondom intern en extern salderen. Het is te voorzien dat de landbouw op dit punt nieuwe juridische procedures zal starten, bovenop de procedures die al lopen. Tot slot zien we in sommige provincies, dat ze bij vergunningverlening doorschieten in details en bij landbouwbedrijven additionele stikstofemissie in beeld brengen uit bijvoorbeeld transportbewegingen en verwarmingssystemen. Allemaal potentiële bronnen voor willekeur en afwijkingen in de toepassing van de landelijke regels. Moet worden gestopt.
Meten = weten: Er is een commissie in het leven geroepen die zich bezig houdt met het meten en monitoren van stikstof. Hier wordt het Landbouw Collectief bij aangesloten.
Uitnodiging is binnen. Nog wel vraagtekens bij opdracht en samenstelling. <em>PS Op dit moment worden RIVM stikstof data en modellen extern geanalyseerd. Mocht die duidelijk maken, dat maatregelen zoals vermindering van emissie en opkoop bedrijven bij natuurgebieden niet bijdragen aan de oplossing middels een lagere depositie op de N2000 gebieden, dan zal de hele aanpak moeten worden herbezien. De eerste uitkomsten laten zien, dat de (feiten)basis onder het stikstofbeleid niet klopt. De bijdrage van de landbouw aan de depositie op de N2000 gebieden lijkt significant kleiner dan tot nu toe wordt gesteld. Bovendien kent een groot deel van de N2000 gebieden een kritische depositie waarde die alleen al door de stikstofaanvoer vanuit het buitenland wordt overschreden en dus zelfs als heel Nederland stil wordt gelegd, niet wordt gehaald (bijlage hierover wordt nagestuurd). Dit alles vraagt om opheldering alvorens wordt overgegaan tot het nemen van ingrijpende maatregelen.</em>
Toelatingsbeleid gewasbeschermingsmiddelen: Er is een gedeeld standpunt over toelating van gewasbeschermingsmiddelen in lijn met CTGB advies.
Eens. Afgehandeld. Politieke inmenging is hiermee niet langer mogelijk.
Herijking Natura 2000: Het Landbouw Collectief en het Kabinet zijn het eens over de aanpak zoals verwoord in de brief aan de Tweede Kamer van 13 november 2019. Het Landbouw Collectief wordt betrokken bij een in te richten klankbordgroep.
LC ontvangt uitnodiging voor deelname zodra klankbordgroep wordt ingesteld.
Drempelwaarde: Het Kabinet kiest voor een regionale drempelwaarde omdat landelijke drempelwaarde juridisch zeer ingewikkeld is.
Maatregelen LC bij melkvee en sanering bij varkens leveren een veel grotere reductie aan ammoniakemissie dan voorzien in de plannen van het Kabinet. Het LC blijft daarom bij de eis van een landelijke drempelwaarde van 1 mol N/ha/jaar. Dit om daarmee de meest schrijnende knelgevallen te voorkomen, zowel binnen als buiten de landbouw.
Meldingen: Het kabinet zegt toe dat zij met de provincies de problematiek van de melders zal oplossen.
Akkoord. Inmiddels is gebleken, dat er een grotere groep bedrijven dan alleen de PAS-melders te goeder trouw hebben gehandeld, maar geen onherroepelijke Wnb vergunning hebben voor de bedrijfssituatie op 29-05-2019. Ook voor deze bedrijven is een generaal pardon nodig. Casuïstiek van deze bedrijven is bijgesloten. Naar het lijkt, zitten deze bedrijven wel in de stikstofregistratie en zal legalisering dus geen effect hebben op de berekende emissie en depositie. Niet bekend is bij het LC om welk aantal en type bedrijven het precies gaat.
Intern salderen: Intern salderen is onderdeel van de beleidsregels die zijn vastgesteld door de provincies. De beleidsregels en de uitleg is bij alle provincies hetzelfde. Voor boeren die al geïnvesteerd hebben in innovatieve stallen is een uitzondering gecreëerd op de hoofdregel. Deze hoofdregel luidt dat de ruimte tussen vergunning en stalcapaciteit vervalt.
Niet acceptabel voor het LC. Eens vergund, blijft vergund. Anders wordt de prikkel om te investeren in emissiearme systemen weggenomen. Deze investeringen zouden juist ontwikkelruimte moeten opleveren voor de sector. Indien de Overheid er voor open staat, is het LC bereid om samen naar een oplossing te zoeken, waarbij een privaat stikstofregistratiesysteem mogelijk een rol zou kunnen spelen<a href="#voetnoot1"><sup>1</sup></a>.
Extern salderen: Beleidsregels zijn vastgesteld door provincies. Noodzakelijk is dat de stikstofuitstoot omlaag moet opdat natuurgebieden Natura 2000-gebieden in een betere staat van instandhouding komen. De Raad van State is hierin heel helder. Het kabinet en provincies hebben het afromingspercentage bij extern salderen gesteld op 30%. Er is geen sprake van extern salderen bij overname en voortzetting van het bedrijf op dezelfde locatie.
Wat hierboven sowieso nog aan toegevoegd moet worden is, dat er (1) ook geen afroming plaatsvindt als een bedrijf wordt verplaatst en elders door dezelfde eigenaar wordt voortgezet en (2) er in geval van afroming een vergoeding tegenover moet staan. Maar dan nog. De afroming met 30% is een zwaar punt voor het LC, al helemaal in combinatie met het Aerius rekenmodel. Leidt in de praktijk tot gevallen waarin 80-90% van de aangekochte ammoniak verdwijnt (zie bijgesloten bijlage). Komt oa vanwege de onderliggende eis, dat de depositie op geen enkel hexagon mag toenemen. Zelfs als een verplaatsing per saldo een sterke afname van depositie oplevert in N2000 gebieden, wordt deze onhaalbaar. Extern salderen is daarmee geen betaalbare optie voor veehouders, hetgeen de druk vergroot dat kapitaalkrachtige partijen van buiten de landbouw het platteland gaan ‘leegkopen’. Het gevolg is verpaupering in het landelijk gebied, waarbij versnippering ontstaat in het gebiedsbeheer. De combinatie van inname latente ruimte (bij intern salderen) en de afroming bij extern salderen zet de ontwikkelruimte van de veehouderij compleet op slot. Verdere verduurzaming wordt dan onmogelijk. Eventuele angst voor uitbreiding van de veestapel is ongegrond, gezien de begrenzing door productierechten (fosfaat- / dierrechten). Werken met eerder genoemd stikstofregistratiesysteem kan ook hier mogelijk een oplossing bieden.
Stoppersregeling varkenshouderij (warme sanering): Bij het Landbouw Collectief bestaat de wens om de met deze maatregel gepaard gaande stikstofopbrengst mee te nemen als ruimte voor economische ontwikkeling. Het Kabinet geeft aan dat dit – voor het deel dat ziet op de eerste tranche van beschikbare middelen voor deze regeling (120 mln) – juridisch niet houdbaar is. Voor het tweede deel van 60 mln (Urgenda) geldt dat deze wel kunnen worden ingezet voor economische ontwikkeling. Het Landbouw Collectief zal hierover een rechterlijke procedure starten. Het Kabinet neemt hier kennis van.
Het is onacceptabel dat de NH3 uit de gedoogstopperregeling en de saneringsregeling niet meer beschikbaar is. POV ziet haar brief aan de Minister van 8 januari jl over de stikstofruimte bij de warme sanering graag op korte termijn beantwoord. Het is nu volstrekt onduidelijk op welke gronden de NH3 vergeven is en hoe de berekeningen zijn gemaakt.
Financiële middelen: Het kabinet werkt aan een pakket aan maatregelen dat boeren
toekomstperspectief biedt. Daar hoort ook bij dat gekeken moet worden naar beloning van de boer
voor zijn inspanningen. Het kabinet deelt het standpunt van het Collectief dat er financiering moet
zijn voor maatregelen. Aan de financiering dragen zowel de markt als het kabinet bij. Per
maatregel zal gekeken worden wat nodig is. Volgens de ramingen van het Landbouw Collectief is
voor het eerste jaar (2020) circa 250 mln euro nodig.
Betreft een vergoeding voor (1) hogere voerkosten, (2) bedrijfsspecifieke doorrekening<br />
van rantsoenen en advisering, (3) EC-watermeters en slaan van waterputten, (4)<br />
stikstofreductieloket voor vragen en hulp omtrent zaken als regelgeving, aanvraag<br />
vergunningen, opstellen bedrijfsplan stikstofreductie langere termijn etc., (5) financiële<br />
stimulans voor boeren om maatregelen op te pakken en (6) vergoeding extra weidegang.<br />
Precieze bedragen pas vast te stellen bij inrichting en uitvoering van de maatregelen.<br />
Voor nu een harde reservering / garantiestelling nodig van € 250 mln per jaar.
Het Landbouw Collectief wil voorkomen dat productieruimte uit de landbouw wegvloeit. Het kabinet kijkt breed en daarmee ook naar andere sectoren dan de landbouw waar ook problemen opgelost moeten worden. Deze problematiek kan dus niet volledig beperken tot landbouw. Het kabinet gaat met provincies in gesprek hoe (door middel van gebiedsprocessen) voorkomen wordt dat ongecontroleerd veehouderijbedrijven worden opgekocht en regio’s worden leeggekocht. Het Landbouw Collectief wordt hierbij betrokken.
LC heeft hierover nog niets vernomen. Punt om ongecontroleerde opkoop van bedrijven en leegkoop van regio’s te voorkomen wordt alleen maar belangrijker, nu ook voor vliegveld Lelystad extra stikstofruimte nodig is. Instellen van eerder genoemd ‘stikstofregistratiesysteem’ met een schot tussen NH3 en NOx, biedt ook in dit geval de oplossing.
Nertsen: Er is 36 mln euro beschikbaar gesteld voor flankerend beleid voor deze sector voor de periode tot 2024. De regeling voor flankerend beleid, sloop en ombouw is verbeterd zodat beschikbare financiële middelen volledig kunnen worden besteed. Aanvullend komt er begeleiding van de nertsenhouders in de aanloop naar stoppen. Het kabinet dringt er bij provincies op aan om te kijken of de nertsenhouders prioritair gebruik kunnen maken van de mogelijkheid van opkoop via extern saldering. Uiterlijk einde eerste helft van 2020 komen kabinet, provincies, nertsenhouders en Landbouw Collectief bij elkaar met als doel de problematiek van de nertsenhouders zover mogelijk op te lossen. Ook eind januari 2020 zal een gesprek plaatsvinden.
Sector zit al veel te lang in onzekerheid en is door de jaren heen geconfronteerd met teleurstelling op teleurstelling. Dreigt nu weer te gebeuren. Niet acceptabel. Daarom is een definitieve oplossing nodig als onderdeel van het akkoord. Kort samengevat: Rijk en/of Provincies kopen voor € 250 mln de sector uit (onderbouwing bedrag bijgesloten). Daarvoor wordt de stikstofruimte ingeleverd en is de sector eind 2020 weg. Bij zorgen omtrent staatssteun, wat in het verleden vaak werd genoemd, wordt verwezen naar de goedgekeurde saneringsregeling varkenshouderij.
Beweiden en bemesten: Kabinet geeft aan beweiden en bemesten niet vergunningsplichtig te maken.
Het is nog steeds niet duidelijk hoe dit gaat gebeuren. Rondom beweiden is belangrijk dat de oplossing gaat gelden voor alle soorten vee dat buiten gehouden kan worden (ook varkens, kippen, paarden etc). Rondom bemesten dient het Advies van Remkes dusdanig verwerkt te worden, dat geen onnodige of nieuwe administratieve rompslomp ontstaat.
Latente ruimte verleasen: Het kabinet wil verleasen mogelijk maken ten behoeve van tijdelijke activiteiten die tot stikstofreductie leiden, zoals bijvoorbeeld windmolens. Er vindt gedurende de leaseperiode afroming van 30% plaats. Na afloop van deze periode vervalt deze afroming.
Mogelijkheden voor verleasen moeten verruimd. Niet beperken tot windmolens en vergelijkbare activiteiten.
Investeringspakket voor de landbouwsector: Kabinet wil boeren gaan ondersteunen die willen investeren, verplaatsen of willen stoppen. Over dit pakket zal in januari overleg plaatsvinden met het Landbouw Collectief.
LC wacht toegezegd overleg af. Nog geen afspraak / uitnodiging ontvangen. Cruciaal ook voor innovatie bij blijvers.
Dierrechten en fosfaatrechten: Kabinet komt met een regeling ten aanzien van dier- en fosfaatrechten waarbij aangesloten wordt bij de bestaande praktijk. Het kabinet verwacht hierover voor 1 februari 2020 meer duidelijkheid te geven.
Koppeling ammoniak aan fosfaat- en dierrechten voor LC onbespreekbaar.
De drie maatregelen die het Landbouw Collectief voorstelt voor de melkveehouderij, zijn ook maatregelen waar kabinet naar kijkt als onderdeel van de aanpak van de stikstofproblematiek.
Het gaat om:
a. Minder eiwit in het voer
b. Meer beweiden
c. Bemesting met water toevoeging
Met deze drie maatregelen gaan we aan de slag. Kabinet ziet dit niet als een keuzemodel. Het is uiteindelijk dus niet óf óf, maar én én, waarbij een belangrijk uitgangspunt is dat het voor een individuele boer haalbare maatregelen moeten zijn. Maatregelen moeten naast elkaar op gang gebracht worden.
LC heeft de drie maatregelen, inclusief registratie en borging, intern verder uitgewerkt en helder(der) gekregen. Voor verdere uitwerking en concretisering inmiddels overleg gestart met andere ketenpartijen. Bij akkoord op 5 februari kan meteen overleg gestart met overheid voor definitieve uitwerking en inregeling. Het LC hecht eraan te starten met het ‘cafetaria-model’, met maatwerk per bedrijf. Dit vergroot het draagvlak, benut de kennis en kunde van de individuele boer en komt het resultaat ten goede. Vrijgespeelde ruimte kan worden aangewend voor doorontwikkeling van de sector of verleased / verhuurd naar buiten de landbouw.
De borging van het voerspoor zit in de Spoedwet die nu in de Eerste Kamer ligt. De minister van LNV zal in de Eerste Kamerbehandeling aangeven dat met het Landbouw Collectief is gesproken dat de genoemde 3 maatregelen in combinatie gezamenlijk verder uitgewerkt. Hierbij zal handhaving een belangrijk onderwerp van gesprek zijn.
De mate van detail waarmee de overheid met de Spoedwet – nu en in de toekomst – in kan grijpen in het (voer)management op bedrijven is voor het LC onaanvaardbaar. Dat geldt ook voor de mogelijkheid om tekortkomingen in het voerrantsoen (met kans op willekeur vanwege onduidelijke beoordeling / criteria) aan te merken als economisch delict. Het LC ziet als oplossing, dat de Spoedwet inhoudelijk niet wordt geactiveerd, zeker niet op deze punten, en het 5-februari akkoord als enige aan de ‘kapstok’ wordt gehangen. Het LC verwijst hierbij ook naar de aangenomen motie van Geurts/Harbers van 18 december jl.
Procesafspraken:
• Partijen spannen zich in om tot een goede uitwerking van dit verslag te komen en realiseren zich dat er nog veel ingewikkelde stappen gezet moeten worden en gaan daarmee nu aan de slag.
• De lijnen tussen de 5 deelnemers aan het gesprek worden kort gehouden. Zij nemen onderling contact op als iets onduidelijk is (conference call). Afgesproken is dat hierover zeer goed gecommuniceerd zal worden zodat eventuele misverstanden uit de wereld geholpen kunnen worden.
• Er vindt voor eind januari gesprek plaats tussen kabinet, provincies en het Landbouw Collectief over uitwerking van het investerings- en maatregelenpakket en over prioritering externe saldering nertsenhouders, de gebiedsgerichte aanpak en de implementatie intern salderen.
• Uiterlijk einde eerste helft van 2020 komen kabinet, provincies, Landbouw Collectief en nertsenhouders bij elkaar met als doel de problematiek van de nertsenhouders zover mogelijk op te lossen.
• Jaarlijks komen partijen bijeen om de afspraken te evalueren. Hoe verloopt het en kloppen de aannames nog?
• Vandaag komt het kabinet met een brief over stikstofbeleid. In deze brief zal niet specifiek worden ingegaan op maatregelen alleen gericht op de landbouw.
• Kabinet heeft opgeroepen om eventuele acties publieksvriendelijk te houden.