Zoals jullie weten, heeft FDF aangekondigd om een spoedprocedure tegen de Staat te starten voor de bij FDF aangemelde PAS-melders, om op korte termijn legalisatie af te dwingen op grond van de Wet stikstofreductie en natuurverbetering (Wsn).
Die wet trad op 1 juli 2021 in werking met de duidelijke opdracht aan de minister om in het belang van de rechtszekerheid, tezamen met de colleges van gedeputeerde staten van de provincies zorg te dragen voor de legalisatie van PAS-projecten. De minister moet, zo schrijft de wet voor, zo spoedig mogelijk een programma vaststellen, gericht op de verlening voor PAS-projecten van een Nb-vergunning of een vrijstelling.
Op 28 februari 2022 heeft de minister Deel I van het Legalisatieprogramma PAS-meldingen vastgesteld. Een programma (dat ten tijde van de uitspraken reeds ter inzage was gelegd en nadien ongewijzigd is vastgesteld) waar de meervoudige kamer van de rechtbank Overijssel op 25 januari 2022 in vier uitspraken de vloer al mee heeft aangeveegd. De rechtbank stelt in haar beoordeling in uitgesproken bewoordingen dat het programma geen enkele garantie biedt dat een PAS-melder op een bepaalde plek binnen afzienbare tijd kan worden gelegaliseerd.
Vervolgens stuurde op 10 maart 2022 het college van gedeputeerde staten van de Provincie Overijssel een “brandbrief” aan de minister voor Natuur en Stikstof. Het college heeft gesteld dat het zich door de kennelijke ontoereikendheid van het programma gedwongen ziet om op te treden tegen de door de PAS-uitspraken onrechtmatig geworden PAS-projecten.
Het college van gedeputeerde staten van de Provincie Overijssel vreest dat het bewust onrechtmatig zal handelen als het niet optreedt. Zij wordt daarmee – geheel tegen haar wil – gedwongen tot handhaving van een 4-tal PAS-melders.
Minister van Natuur en Stikstof Christianne van der Wal doet sindsdien alsof ze alsnog met een oplossing komt voor de PAS-melders. Maar kennelijk ontbreken óf de capaciteiten op het Ministerie, óf de inzet. Voor FDF echter, heeft het wachten op de minister al te lang geduurd. De Nederlandse Staat heeft inmiddels onze brief ontvangen, waarin we de Staat en de minister nog een maand de kans geven om alsnog een toereikend programma vast te stellen, dat de garantie biedt dat PAS-melders binnen afzienbare tijd zullen zijn gelegaliseerd.
Lukt het de minister niet om binnen een maand met een programma te komen dat toereikend is, dan moeten we ervan uitgaan dat ook Rutte IV kennelijk wil volharden in het huidige falende en ontoereikende beleid.
In dat geval ziet FDF geen andere mogelijkheid meer dan aan de rechter in een spoedprocedure te vragen de Staat te bevelen op straffe van een dwangsom al die maatregelen te laten treffen die nodig zijn zodat alsnog een toereikend programma zal worden vastgesteld dat concreet zicht geeft op legalisatie van PAS-projecten.
Uiteraard hopen we dat het zover niet zal hoeven komen. Voor een minister, die in een debat over
het onderwerp zelf aangeeft dat ze “er niks van begrijpt”, zal dat best nog een uitdaging zijn.
Over maximaal een maand echter, weten we meer over de intenties van deze regering en de minister, en weet FDF wat te doen. De wet geldt immers óók voor de overheid!
Het FDF-Bestuur
17 mei 2022